In mijn vorige columns heb ik gesproken over mijn spanning en de concentratieproblemen die ik ervaar bij het rijden van wedstrijden. Via e-mail, Facebook en zelfs op wedstrijden krijg ik daar leuke reacties op. De vraag die ik erg veel krijg is HOE ik nu omga met mijn wedstrijdspanning.
Dit keer dus geen verhaal wat je mee gaat voeren in mijn belevenissen (of misschien toch wel) maar meer een uitleg over mijn denk- en handelswijze in het omgaan met spanning en stress voor de wedstrijden.
Toen ik, een aantal jaar geleden, begon met het rijden van wedstrijden had ik wel een bepaald doel voor ogen. Ik wilde net zo knap kunnen rijden als Anky van Grunsven en ik wilde ook wel eens weten waar ik stond in vergelijking met andere ruiters en amazones. Daarnaast hoopte ik op een berg opbouwend commentaar van de jury waar ikzelf veel van zou leren.
Na een paar wedstrijden, waarbij ik aftastend en onwennig door de proeven reed, wilde ik ook hogere punten halen en leuke prijzen winnen. Het gevolg van het bepalen van dat doel was een lange strijd met mezelf. Een doel als “winnen” is namelijk niet zo’n handig doel. Je kunt er namelijk niet zelf invloed op uitoefenen.
Mijn basis bestond voornamelijk uit buiten rijden, bermcrossen en een aantal jaar manegelessen. Via de groepslessen op de ruitervereniging kwam ik bij een fijne instructeur terecht en behaalde ik in vrij korte tijd met mijn merrie, een aantal winstpunten in de klasse Z1. Ik troggelde mijn ouders een stang en trens hoofdstel af en voor mijn verjaardag kreeg ik een hoedje. In de klasse Z1 wist ik mij zelfs te plaatsen voor de regiokampioenschappen van Zuid-Holland waar ik uiteindelijk, door mijn eigen spanning, zonder een punt de ring uit kwam.
Meer lezen? Meld je dan aan voor de BWR Academie!